Naar inhoud springen

Nieuwe Kerk (Delft)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Falcongj (overleg | bijdragen) op 10 mrt 2004 om 09:51. (Aanzet)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

De Nieuwe Kerk in Delft is een kerkgebouw aan de Markt in het hartje centrum. De kerk is vooral bekend vanwege het praalgraf waar de overleden leden van het Koninklijk Huis begraven liggen.

Geschiedenis

Volgens een overlevering knielt in 1351 de als zonderling bekend staande bedelaar Symon op de Grote Markt. Een inwoner van de stad brengt de bedelaar wat eten. Wanneer beide mannen omhoog kijken zien ze een gouden kerk gewijd aan Maria. De bedelaar overlijdt kort erop, maar de inwoner van de stad blijft dertig jaar lang op dezelfde januaridag het visioen van de gouden kerk zien. Na dertig jaar wordt door het stadsbestuur besloten op de betreffende plek een kerk neer te zetten gewijd aan Maria.

De kerk die gebouwd werd, werd de tweede kerk van Delft en werd daarom de Nieuwe Kerk genoemd. Oorspronkelijk was de kerk van hout, maar al snel werd er een stenen basiliek omheen gebouwd. Tijdens de bouw van de stenen basiliek werd Sint Ursula de tweede beschermheilig van de kerk naast Maria. Op 6 september 1496, 100 jaar na de start van de bouw, was de basiliek en de bijbehorende toren af. Later zou de kerk nog uitgebreid worden.

Grafkelder

In de Nieuwe Kerk bevindt zich de grafkelder van de Oranjes. In totaal liggen hier 44 Oranjes begraven. Prins Claus is op 15 oktober 2002 als laatste bijzeget.