bulla

• Geluid:  bulla    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈbʏla / (2 lettergrepen)

• bul·la

• van Latijn bulla "waterbelletje, blaasje, sierknop"

de bulla v

1. hol bolletje of blaasje gevuld met gas of vocht
2. (medisch) blaar op de huid
3. (buikpotigen) benaming voor zeedieren met een bolle schelp, behorend tot het geslacht Bulla 
4. (religie), (oudheid) zegel van paus, of van een keizer uit de oudheid
5. (oudheid) amulet van welgestelde kinderen in het Romeinse rijk

• [4] bul, bulla aurea

• [1] blister, gietgal, luchtbel, waterbel
• [2] blaas
• [3] kokkel
• [4] chiffre, signet, stempel, zegel
• [5] amulet, halssieraad, insigne, medaillon

• Het woord 'bulla' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

bulla

1. een hol bolletje, luchtbel, zeepbel
2. (medisch): bulla, blaar
3. (oudheid): bulla, zegel

• [1] bubble
• [2] blister, visicle

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

bulla v

1. (oudheid), bulla, amulet
2. (oudheid), (religie): bulla, (pauselijk) zegel

• [1,2] bulle

bulla v

1. blaar, blaas, luchtbel
2. sierknop

• bulla aurea

bulla

1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van bullir
2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van bullir
3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van bullir