unisono
Uiterlijk
- uni·so·no
- Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘bijwoord: gelijkluidend’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1772 [1] [2]
unisono
- (muziek) éénstemmig, op dezelfde toon (eventueel in verschillende octaven)
- ▸ Ook speelde hij de tunes van televisieprogramma's als Sesamstraat en Baantjer en soleerde op soundtracks voor films als Midnight Cowboy, The Getaway en Turks Fruit. Ook componeerde hij het onvergetelijke Bluesette. Een andere specialiteit was het spelen van een melodie op de gitaar en die unisono meefluiten.[3]
- ▸ Het is saai geworden, want alle auto's zingen hetzelfde lied, Unisono zoals de Italianen het zouden zeggen. Die moeten inmiddels ook het glorieuze geluid van zo'n Busso zescilinder uit zo'n snelle Alfa missen.[4]
1.
- Het woord unisono staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "unisono" herkend door:
38 % | van de Nederlanders; |
47 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "unisono" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ unisono op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron “Toots blies zich beroemd met z'n 'broodje'” (12-03-2014), Tubantia
- ↑ Weblink bron JACO BIJLSMA“Column Jaco Bijlsma: Unisono” (01 jul. 2016), De Telegraaf
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be